Vroege Voorschoolse Educatie (VVE) is een veel besproken onderwerp. Tegenwoordig lijkt het wel of een kind geen kind meer mag zijn, het “moeten” is er al steeds vroeger bij. Ik ben van mening dat kinderen kind moeten kunnen zijn en ze veel ontwikkelingsgebieden zichzelf aanleren door te spelen.
Toch vind ik het belangrijk om de ontwikkeling te stimuleren. Dit doe ik tijdens hun spel. Ik heb mijzelf daarom niet aangesloten bij een bepaald VVE-programma.
Welke ontwikkelingsgebieden worden in mijn opvang dagelijks gestimuleerd? Ik zet er hieronder een aantal op een rijtje:
Taalontwikkeling
De taalontwikkeling is natuurlijk een van de belangrijkste ontwikkelingsgebieden voor een jong kind. Bij Koeties Gastouderopvang ben ik de hele dag bezig met het stimuleren van de woordenschat. Ik vertel bij (bijna) iedere handeling wat ik ga doen, leg de kinderen dingen die gebeuren uit, lees voor uit boekjes, bekijk vertelplaten en we zingen regelmatig liedjes.
Beginnende rekenvaardigheid
De beginnende rekenvaardigheid is niet iets waar ik echt gericht mee bezig ga doormiddel van activiteiten. Ik vind dat in mijn opvang een kind vooral kind moet zijn. School kan nog lang genoeg! Wel vind ik het waardevol om kinderen hiervan al iets mee te geven. Dit gebeurt vaak automatisch tijdens rollenspel of in een gesprek. We meten wie of wat het grootste is, kijken hoeveel er van alles is en tellen dingen.
Motorische ontwikkeling
De motorische ontwikkeling is iets wat kinderen de hele dag door, al spelend, ontwikkelen. Tijdens een opvang dag stimuleer ik deze ontwikkeling op allerlei manieren. Dit kan bijvoorbeeld door te knippen, prikken of rijgen van kralen maar ook al door het stapelen van blokjes (fijne motoriek). Buitenspelen, dansen, klimmen zijn leuke voorbeelden van de grove motoriek
Sociaal- emotionele ontwikkeling
De sociaal- emotionele ontwikkeling vind ik persoonlijk de belangrijkste ontwikkeling vanuit mijn opvang om aan kinderen mee te geven. Ik leer kinderen wat normen en waarden zijn. Maar ook geef ik ze dingen mee waar ze op school iets aan hebben. Denk aan dingen als op de beurt wachten, elkaar en de omgeving met respect behandelen, rekening houden met elkaar, aan tafel blijven zitten. We zeggen elkaar gedag en geven elkaar aandacht wanneer iemand verdrietig is. Daarnaast vind ik het belangrijk dat een kind zich veilig voelt en gelooft in z’n eigen kunnen. Hier krijgt een kind zelfvertrouwen van.